OPDRACHT

Evangeliseren is het doorgeven van (de boodschap van) Gods Woord aan hen die daar niet (langer) onder verkeren. De opdracht hiertoe vinden we op verschillende plekken in de Bijbel. Bijvoorbeeld in Markus 16:15 ‘En Hij zeide tot hen: Gaat heen in de gehele wereld, predikt het Evangelie aan alle creaturen.’ Ook in Markus 5:19 lezen we dat Jezus de man die voorheen bezeten was de opdracht geeft zijn naasten over Hem te vertellen. ‘Ga heen naar uw huis tot de uwen, en boodschap hun, wat grote dingen u de Heere gedaan heeft, en hoe Hij Zich uwer ontfermd heeft.’

Christenen worden echter niet alleen opgeroepen om met woorden de naasten te winnen voor Christus, maar ook met daden. Van Dorcas staan geen woorden beschreven in de Bijbel, maar wat heeft zij een rijk getuigenis achter gelaten door haar godvruchtige en dienende leven! 

DAAD (1 PETR 2:9)

In de eerste brief van Petrus aan de christenen in de verstrooiing schrijft hij dat zij een heilig volk zijn gemaakt ‘opdat gij zoudt verkondigen de deugden Desgenen, Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht’. Het woord ‘verkondigen’ mag hier gelezen worden als verkondigen met de daad of ‘laten zien’. Dat is het grote doel van Gods uitverkiezing: dat Zijn kinderen gaan laten zien aan hun omgeving hoe groot Gods daden en deugden zijn. Zo wordt Zijn Naam verheerlijkt.

WOORD (1 PETR 3:15)

Even verderop in zijn brief schrijft Petrus dat ze bereid moeten zijn ‘tot verantwoording aan een iegelijk, die u rekenschap afeist van de hoop, die in u is, met zachtmoedigheid en vreze.’ Als Gods kinderen door genade een dienstbaar en getuigend leven leiden dan roept dit vragen op bij de omgeving. Hier gaat de oproep om God te heiligen dan ook aan vooraf: ‘Heiligt God, den Heere, in uw harten’. En als u dat doet, zegt Petrus, wees dan bereid én voorbereid om verantwoording te geven aan iedereen die zich afvraagt wat die hoop is waaruit u leeft.